Het verhaal van Micha over sociale monitoring
Over de schouder meekijken naar iemands welzijn: Pilot sociale monitoring lijkt succesvol
Sinds kort loopt er een bijzonder proefproject bij ATA Personenalarmering: een proef met sociale monitoring. Kort gezegd is het een test om het welzijn van mensen op afstand te volgen. Het doel daarvan is om tijdig te kunnen ingrijpen, voordat de situatie verslechtert. Een panel van ruim twintig deelnemers heeft er inmiddels drie maanden opzitten. De resultaten zijn veelbelovend. Als de app succesvol uit de proef komt, wordt deze ingezet bij klanten van Cordaan Thuisdiensten en Axxicom Thuishulp, die beiden ook vallen onder ons moederbedrijf Incluzio. Directeur Maarten Klapwijk ging op bezoek bij enkele deelnemers van deze pilot, om te luisteren naar hun bevindingen.
Het idee voor het project ‘sociale monitoring’ komt bij innovatie manager Jet Karreman vandaan. ‘Ik merkte dat mensen in coronatijd ineens veel minder contacten hadden. Ook thuishulpen kwamen niet altijd meer langs. Je ziet het dan veel minder snel dat mensen achteruit gaan. En dan lopen wij achter de feiten aan. Daarom dacht ik: waarom zouden we niet gewoon een paar vragen kunnen stellen over hun sociale welzijn? Of ze ‘s ochtends altijd zin hebben in de dag die voor hen ligt. Of ze nog genoeg naar buiten gaan. En of ze de afgelopen weken voldoende sociale contacten hebben gehad. Alleen al door het stellen van die vragen worden ze zich er meer bewust van. En als wij zien dat mensen minder vaak naar buiten gaan, dan is er misschien iets aan de hand en kunnen we sneller ingrijpen.’
Sociale alarmering
Het idee van Jet blijft niet op de plank liggen. Er komt een app. Een aantal klanten van ATA Personenalarmering wordt gevraagd of zij als ‘proefkonijn’ willen fungeren. Jet: ‘Wat ATA doet is eigenlijk ook een soort sociale monitoring. Alleen hoeven klanten nu niet op de alarmknop te drukken, maar de app in te vullen.’ Lisa Schenkels wordt benoemd tot projectmanager en gaat voortvarend aan de slag. ‘We hebben in het begin wel wat problemen gehad met opstarten. Je moet een app downloaden en dat is voor oudere mensen niet altijd eenvoudig. De helft van het oorspronkelijke aantal deelnemers is afgevallen, doordat het digitaal is.’
Signaalvlaggen
Elke twee weken ontvangen de deelnemers een vragenlijst. Die is onderverdeeld in een aantal thema’s. Lisa: ‘Als de deelnemers de vragen hebben ingevuld, zien we aan de hand van de score of het goed met hen gaat of niet. We hebben ook zogenaamde signaalvlaggen ingebouwd. Er is een vraag of mensen nog wel buiten komen. Is het antwoord nee, dan betekent dat een rode vlag. Dan gaan wij die cliënt bellen: waarom komt u niet meer buiten? Nu is het antwoord vaak: ik ga geen boodschappen meer doen, dat komt door corona. Dat is toch goed om te weten. Het is dan wel een rode vlag, maar het is niet zo spannend. Dan hebben we toch gebeld wat de reden is en wat we er eventueel aan kunnen doen.’
Als wij zien dat mensen minder vaak naar buiten gaan, dan is er misschien iets aan de hand en kunnen we sneller ingrijpen.
Vijf minuutjes bezig
Micha Mirck (57) is een van de deelnemers die werden gevraagd de app kritisch te beoordelen. De inwoner van Amsterdam is klant bij Cordaan Thuisdiensten. ‘Ik heb eenmaal per week twee uurtjes thuishulp. Voor de trap stofzuigen en dat soort dingen.’ Zijn ervaringen: ‘Je bent om de week misschien vijf minuutjes bezig met invullen. Maar sommige vragen vond ik een beetje gek. Bijvoorbeeld de vraag: doet u nog zelfstandig boodschappen? Dan kun je antwoorden ‘vaak’ of ‘heel vaak’. Maar als je ‘heel vaak’ invult, kan dat ook betekenen dat iemand heel vergeetachtig is.’ Ook het opstarten van de app kan logischer. ‘Je krijgt eerst heel lang het logo van de websitebouwer in beeld. Vervolgens komt er een inlogscherm, met je gebruikersnaam en wachtwoord. Als je daar per ongeluk je vinger oplegt, mislukt het inloggen. Bij de meeste apps zoals Facebook en Instagram kun je direct inloggen. Dat vond ik wat vreemd, maar een enorm belangrijk punt is het niet.’ Want zijn uiteindelijke oordeel is positief. Lachend: ‘Ik ben nu even aan het zeuren, maar daarom ben ik gevraagd als deelnemer. Er zitten ook goede dingen in de vragenlijst. Het invullen geeft je zelf inzicht. Het kan ook wel confronterend zijn om in te vullen dat je gezondheid geen 10 is. En wat ik ook goed vind is dat de vragenlijst niet te lang is. Van mij mag dit wel een vervolg krijgen.’
Moeite
Ook stadgenoot Joost Tholens (86) neemt deel aan de pilot. ‘Ik had inderdaad wel wat moeite met sommige vragen. Bijvoorbeeld: gaat u vaak of heel vaak naar buiten? Maar wat is nu het verschil tussen vaak en heel vaak? Of: bent u moe de laatste tijd? Maar wat bedoel je dan met de laatste tijd? Dan zou ik zeggen: bent u het laatste half jaar moe geweest. Voeg er een tijdsaanduiding aan toe.’ Van vermoeidheid zelf is bij de heer Tholens nog geen sprake, zegt hij. ‘Koken en boodschappen doe ik zelf. Nee, stofzuigen niet. Daar heb ik gelukkig een mevrouw van de thuishulp voor.’
Leuke gesprekken
Deelnemers aan de proef kregen Deborah Reingoud aan de lijn, teamleider bij ATA Personenalarmering. ‘Over het algemeen wordt het positief ontvangen. Deelnemers vinden het toch wel fijn dat er iemand op afstand op hen let. En als er een wijziging zit in hun functioneren, dat ze het kunnen vertellen. Ze zien er zelf ook het nut van in. Het is een soort voorzorg, voordat het erger kan gaan worden. Je bent er op tijd bij. En het levert leuke gesprekken op. Je krijgt heel verschillende mensen aan de lijn.’ Ook al loopt de pilot pas enkele maanden: in die korte tijd heeft het project zijn nut al bewezen. Deborah: ‘Iemand vulde in de eerste lijst in dat zij nog alles doet. In de tweede lijst zagen we ineens staan dat traplopen niet meer ging. Dan ga je bellen. En wat bleek: mevrouw was gevallen. Dat is ook de meerwaarde van zo’n project. Het zijn allemaal ouderen, het kan binnen afzienbare tijd ineens minder gaan. Er hoeft maar iets te gebeuren en de hele situatie verandert. Daarom is het belangrijk dat je goed monitort bij die groep.’
Geluksmomentjes
Ontwikkelaar Jet Karreman en projectmanager Lisa Schenkels hebben de tussentijdse resultaten goed bekeken. Jet: ‘We hebben gemerkt dat de vragen wat korter moeten zijn. Ook kan het hier en daar nog wat doelgerichter. Sommige vragen moeten we anders stellen. We vroegen mensen of ze nog genoeg geluksmomentjes hadden. De reactie van een van de deelnemers, een man, was: dat zijn nou echt van die vragen die je aan een vrouw stelt maar niet aan een man. En wat ook grappig was: we hadden gekozen voor smileys als antwoorden, omdat het laagdrempelig is. Maar dat vond de doelgroep weer wat te kinderachtig. En de frequentie kan omlaag, eenmaal per maand is voldoende.’ ‘Belangrijk is ook om de klanten goed te begeleiden. Niet: hier heeft u een app die u kunt downloaden, maar de eerste keer samen door de vragenlijst heenlopen. Maar we zijn ervan overtuigd dat sociale monitoring meerwaarde heeft. Zeker voor een doelgroep die wat jonger en vitaler is, maar die het toch fijn vindt als er iemand over de schouder meekijkt.’
Huisartsen
Lisa: ‘We willen er zeker mee door. Maar we moeten nog kijken hoe we het gaan neerzetten. Bij ATA is het een voorloper van de personenalarmering die we aanbieden. Klanten van Cordaan Thuisdiensten en Axxicom Thuishulp hebben al thuiszorg, daar komen onze mensen al over de vloer. Daar heeft de app een soort signaleringsfunctie. Van cliënten horen we ook vaak dat de huisarts hen maandelijks belt om te horen hoe het gaat. Kunnen wij niet die huisarts gaan helpen? Jullie doen dit, wij hebben er een digitale tool voor die veel minder werk oplevert. Dat zijn ook mogelijkheden die we gaan bekijken.’ Met andere woorden: u gaat nog meer horen van het project sociale monitoring!